
Ik heb dit boek eigenlijk gelezen in de engelstalige versie. Ik vond het samen met B. ooit eens in Waterstones in Brussel.
Het boek zelf speelt zich af tijdens de 2e wereldoorlog, en vertelt eigenlijk twee verhalen. Het eerste verhaal gaat over Marie-Laure. Een blind meisje dat in Parijs woont. Samen met haar vader probeert ze als blinde een zo normaal mogelijk leven te leiden. Echter vluchten ze tijdens de oorlog naar Saint-Malo, waar ze een nieuwe leven moeten opbouwen en waar Marie-Laure opnieuw moet wennen aan haar omgeving. Het tweede verhaal gaat over een jonge Duitse wees, Werner, die in het duistere berlijn verblijft.
Het duurde even tot de twee verhalen samen kwamen, maar eens je de link ziet tussen de twee jonge mensen die in een zekere vorm van duisternis leven, doet het boek je over veel nadenken. Het idee dat sommige mensen in een situatie moeten leven die hen uitzichtloos doet kijken naar het leven is zeker confronterend. Net zoals Marie-Laure in het donker leeft maar toch haar best doet omvan het leven te genieten, zoekt ook Werner naar lichtpuntjes in zijn moeilijke situatie.
Het boek won in 2015 de Pulitzerprijs voor fictie, dankzij Doerr’s gedetailleerde beschrijvingen van het leven in de oorlog, en zijn rake metaforen.

Ik geef ‘m dan ook met plezier: