Over hoe ik even in de war was na het lezen van een boek.
Laat ik nu maar achterwege laten over welk specifiek boek ik het heb, want dat doet er eigenlijk niet zo veel toe. Iets als een ‘book hangover’ was me wel reeds bekend. Echter dat ik me na een verhaal zo kut zou voelen, dat het maanden bleef aanslepen en ik daarna amper nog een boek durfde aanraken, dat zag ik niet aankomen.
Poef, daar was hij dan, de existentiële crisis. Wat doe ik met mijn leven?waar ga ik heen? Waarom werk ik in de gezondheidszorg? Nuja, de vragen zijn nog steeds niet beantwoord hoor, maar ik denk dat ik na 3 maanden sukkelen wel een beetje weet wat ik wil. Of nee, niet wat ik wil, maar dat het nu wel goed is zo, zoals het is.
Mezelf vergelijken met anderen, waarom leer ik dat niet af. Net zoals het verschrikkelijk vermoeiende gevoel hebben dat ik méér had kunnen doen in de belachelijk korte 24 uren van de dag, en dat stilzitten tijdverspilling is. Maar… blijkbaar, gaat de gemiddelde 20er eigenlijk geen 10x per jaar op reis, of koopt die geen huis, en beleeft die stiekem niet elke dag een facebook- of instagramwaardig avontuur met schattige dieren/ vreemde pastelkleurige koffietentjes/ ongerepte natuurgebieden/…
Anyway, ik deed er dus een paar maanden over om mezelf hiervan te overtuigen. Al klinkt dit alles erg logisch, soms vergeet ik het weer eens. En misschien ben ik wel te veel op zoek gegaan naar wat zingeving is, maar door die vraag te durven stellen aan familie, vrienden en lieve collega’s, ben ik er weer even van bewust dat het in de kleine dingen zit, de dingen die me veilig en stabiel doen voelen. De rest volgt vanzelf wel. En al zal mijn geluk altijd een beetje afhangen van de mensen rondom mij, het grootste deel daar heb ik zelf verantwoordelijkheid over.
Het enige waar ik spijt van heb, is dat ik dit zo lang voor mezelf heb gehouden. Praten helpt.
Liefs,
Lauranne